DEZE LONGREAD GAAT OVER

De gedwongen komst van Molukkers naar Nederland in 1951

Sommige verhalen gaan soms verloren of worden weinig verteld. Dit artikel onthult een vergeten hoofdstuk: de gedwongen komst van Molukkers naar Nederland in 1951. Te midden van politieke turbulentie en koloniale beloften ontrafelen we het verhaal van de Molukkers, die als loyale soldaten in het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL) dienden. Hun rol, gedwongen keuzes, en de onverwachte wendingen na aankomst in Nederland vormen een cruciaal stukje erfgoed dat recht doet aan het leed dat de Molukse gemeenschap heeft doorstaan. Reis met ons mee door dit onvertelde hoofdstuk, waarin het belang van begrip en erkenning centraal staat.

Het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL) en de rol van Molukkers

Nederland was lange tijd de baas in voormalig Nederlands-Indië. Om de rust en orde te handhaven maakte Nederland gebruik van goedkope en lokale militairen. Deze militairen werden vaak aangestuurd door officieren uit Europa. Zij dienden samen in het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger, het KNIL. Molukkers hadden een essentiële rol in het KNIL. Geworven als loyale soldaten, waren ze decennialang onmisbaar voor het koloniale leger van Nederland.

De Molukkers steunden Nederland niet zomaar. Verschillende campagnes hebben daarvoor gezorgd. Lees er meer over in dit artikel.

Soevereiniteitsoverdracht en de oprichting van de RMS

De Molukse KNIL-militairen, marinemannen en militaire politiemannen vochten tijdens en na de Tweede Wereldoorlog mee met de Nederlanders om het gezag van Nederland te herstellen in de Nederlandse kolonie. Dit ging niet helemaal volgens het plan van Nederland. Nederland verloor de oorlog om de kolonie. Op 27 december 1949 gaf Nederland het gezag over voormalig Nederlands-Indië over aan Indonesië. Dat was inmiddels een federale staat. Als reactie op de federale staat Indonesië werd een aantal maanden later op Ambon de Republik Maluku Selatan opgericht.

Meer daarover lees je in onze longread over de Republik Maluku Selatan.

Wat gebeurde er na de opheffing van het KNIL met de Molukkers?

Zonder kolonie heb je niets aan een koloniaal leger. Sterker nog: het koloniale leger van Nederland moest opgeheven worden. Dat gebeurde in juli 1950. Maar liefst 62.000 KNIL-soldaten, waaronder Molukkers, stonden voor een moeilijke keuze: terug naar huis of opname in het Indonesische leger. Maar terug naar de Molukken was geen optie, omdat Indonesië dat niet toestond vanwege de nieuw opgerichte Republik Maluku Selatan. Sommige Molukse militairen konden geen keuze maken. In oktober 1950 had een aanzienlijk aantal Molukse soldaten nog geen beslissing genomen. Een Molukse officier startte daarom een rechtszaak. Uiteindelijk werden de Molukse soldaten overgeplaatst naar het Nederlandse leger.

21 maart 1951

Op woensdagavond 21 maart 1951 meert de Kota Inten af aan de Lloydpier in Rotterdam. Dat is dus het eerste transportschip met Molukkers dat aanmeert. Aan boord zijn ongeveer 1.000 Molukkers, hoofdzakelijk militairen van het voormalige Koninklijke Nederlands-Indische Leger (KNIL) met hun gezinsleden. Dat gebeurde op 21 maart 1951. Maar daarna zouden er nog duizenden Molukkers volgen, zowel in Rotterdam als in Amsterdam (Javakade). Maar wat gebeurde er in de maanden vooraf dan eigenlijk?

Verraders

De Nederlandse politiek wist niet zo goed wat ze met de situatie van de Molukkers aan moesten. Er werden opties besproken om de Molukkers in andere gebieden in de wereld in te zetten. Nederland had namelijk nog de Surinaamse kolonie. Daar konden ze ook getrainde militairen gebruiken. Maar Indonesië voerde de druk op. De Molukkers werden als verraders gezien. Daarnaast hadden ze inmiddels een eigen staat opgericht.

Dienstbevel en verstekelingen

Er moest snel een beslissing genomen worden. De Molukkers zouden tijdelijk verblijven in Nederland. De Nederlandse regering besloot om circa 3.500 KNIL-militairen en marinemannen samen met hun gezinnen op dienstbevel naar Nederland te sturen. Soms gebeurde dit zelfs onder dwang. Daarnaast gingen er ook mensen als verstekeling mee naar Nederland, bijvoorbeeld leden van de staatspolitie. In totaal kwamen er bijna 13.000 Molukkers naar Nederland in 1951.

Overtocht

In het bewogen jaar 1951 vonden er uiteindelijk twaalf overtochten plaats, die een cruciale rol speelden in de geschiedenis van Molukse families die gedwongen werden hun thuisland te verlaten. Deze schepen, beladen met hoop en geschiedenis, deelden een gemeenschappelijk doel: duizenden Molukkers tijdelijk naar Nederland brengen. Laten we eens kijken naar de schepen die deze onvergetelijke reizen hebben gemaakt.

1. Kota Inten, eerste reis

  • Vertrek: Soerabaja, 20 februari 1951

  • Aankomst: Rotterdam, 21 maart 1951

2. Atlantis

  • Vertrek: Soerabaja, omstreeks 21 februari 1951

  • Aankomst: Rotterdam, 23 maart 1951

3. Roma

  • Vertrek: Tanjung Priok, 7 maart 1951

  • Aankomst: Rotterdam, 8 april 1951

4. Castelbianco

  • Vertrek: Tanjung Priok, 27 maart 1951

  • Aankomst: Rotterdam, 24 april 1951

5. New Australia

  • Vertrek: Soerabaja, 7 april 1951

  • Aankomst: Amsterdam, 29 april 1951

6. Groote Beer

  • Vertrek: Tanjung Priok, 13 april 1951

  • Aankomst: Amsterdam, 6 mei 1951

7. Skaubryn

  • Vertrek: Soerabaja, 14 april 1951

  • Aankomst: Rotterdam, 10 mei 1951

8. Somersetshire

  • Vertrek: Soerabaja, 9 april 1951

  • Aankomst: Amsterdam, 16 mei 1951

9. Asturias

  • Vertrek: Tanjung Priok, 23 april 1951 / Semarang, 24 april 1951

  • Aankomst: Amsterdam, 17 mei 1951

10. Fairsea

  • Vertrek: Semarang, 10 Mei 1951

  • Aankomst: Rotterdam, 5 juni 1951

11. Goya

  • Vertrek: Tanjung Priok, 16 mei 1951

  • Aankomst: Rotterdam, 15 juni 1951

12. Kota Inten, tweede reis

  • Vertrek: Tanjung Priok, 25 mei 1951

  • Aankomst: Rotterdam, 21 juni 1951

Deze schepen dragen de last van een vergeten verhaal, maar hun namen en reisdata blijven gegrift in de geschiedenis van de Molukkers in Nederland. Zij zijn de symbolen van een gedwongen afscheid en een zoektocht naar een nieuwe toekomst.

Over de transportschepen

De meeste schepen waarmee Molukkers naar Nederland kwamen waren passagiersschepen, maar er zaten ook vrachtschepen bij. Een aantal schepen is speciaal aangepast om grote groepen mensen te vervoeren. Zo vaarde bijvoorbeeld de Asturias sinds 1949 al voor de Nederlandse regering om Nederlandse militairen en emigranten te vervoeren.

Vrijwel iedereen meteen ontslagen

Het KNIL bestond al geruime tijd niet meer. De Molukse KNIL-militairen werden tijdelijk onder gebracht bij het Nederlandse leger. Bij hun aankomst in Nederland werden de KNIL-militairen tot grote teleurstelling meteen ontslagen. In Amersfoort werden de Molukkers onderzocht: de medische keuring. Daar hoorden zij dat ze waren ontslagen uit dienst. Na verloop van tijd hadden de Molukkers al door dat het verblijf langer zou duren. De marinemannen bleven wél in dienst voor het Nederlandse leger. Veel van hen zouden daarna nog dienen om Nieuw-Guinea. Nederland wilde namelijk die kolonie alsnog behouden.

Waar werden de Molukkers opgevangen?

Na hun ontslag begon het Nederlandse verblijf voor Molukkers. Molukkers werden verdeeld over het land.Nederland was niet voorbereid op de tijdelijke opvang van de Molukkers. Daarom werden in korte tijd opvangkampen gereed gemaakt. De Molukse gezinnen werden ondergebracht in armoedige opvangkampen, zoals oude kloosters, werkkampen en verlaten villa’s. Westerbork en Kamp Vught waren tijdens Tweede Oorlog concentratiekampen voor de Joden. De opvangkampen waren in afgelegen gebieden om vooral weinig contact te hebben met de Nederlandse samenleving.

Nooit meer terug

De Molukkers voelden zich in de steek gelaten in Nederland. Het land waaraan ze juist zou loyaal waren geweest in de jaren ervoor. Ze gingen er vanuit dat hun verblijf in Nederland tijdelijk zou zijn. Dat was hen verteld voor het vertrek naar Nederland. Ze hadden vaak niet meer meegenomen dan een paar koffers. Sommige gezinnen lieten hun kinderen achter in Indonesië of op de Molukken. De Nederlands regering is nooit in staat geweest om de Molukkers te laten terug keren.

Molukse wijken

Het verblijf dat tijdelijk zou zijn duurde steeds langer en langer. De armoedige verblijven leidden tot spanningen in de opvangkampen, waar de omstandigheden verre van ideaal waren. Uiteindelijk zijn er speciale Molukse wijken gebouwd om de woonomstandigheden te verbeteren. De Molukkers zijn niet meer definitief teruggekeerd naar de Molukken. Veel mensen hebben na hun aankomst in Nederland de Molukken ook nooit meer gezien. De Molukse wijken bestaan nog steeds.

Oproep tot erkenning door burgemeesters

Jaren later roepen burgemeesters op tot erkenning en investeringen in de Molukse gemeenschap. Het leed rondom de gedwongen overtocht in 1951 en de daaropvolgende jaren verdient volgens hen meer aandacht en begrip.

Landelijk Moluks Monument

Het Landelijk Moluks Monument is een eerbetoon aan de 1e generatie Molukkers die in 1951 naar Nederland werden gebracht. Het wordt het eerste landelijke monument die deze gebeurtenis markeert. De standplaats van het monument wordt de Lloydkade in Rotterdam. Deze standplaats is gekozen omdat het eerste passagiersschip op deze locatie aanlegde. Het monument wordt grotendeels gefinancierd met eigen middelen vanuit de gemeenschap. De precieze onthulling van het monument is nog niet bekend.

  • In conclusie blijft de aankomst van Molukkers in Nederland een ondergesneeuwd verhaal. De Molukse gemeenschap vult daarom vooral zelf in hoe de geschiedenis kan worden gemarkeerd via een landelijk monument en activiteiten rondom de dagen dat de schepen aankwamen in 1951.

  • Deze longread hoopt bij te dragen aan een dieper begrip van de geschiedenis en de voortdurende strijd van de Molukse gemeenschap. We begrijpen dat deze longread niet volledig is. We beschouwen deze longread dan ook als een werkdocument dat continu zal worden bijgeschaafd.

  • Alle beelden zijn gebruikt met toestemming.

  • De index met familienamen van het Nationaal Archief.

    Onze Beeldbank met foto’s van Molukkers.

    Volg de ontwikkelingen van het Landelijk Moluks Monument op de website van de organisatie.