EXPOSITIE MENA
Grafrechten Molukse KNIL-veteranen
Vic Mailoa
Westerbork, 1952
Foto 1
Lang ben ik verdrietig en teleurgesteld geweest over de wijze waarop mijn ouders zijn behandeld door de Nederlandse staat. Tegen ons als kinderen zeiden ze niets over hun trauma’s, maar onderling hadden ze het altijd over hoe schaamteloos ze hier zijn ontvangen en hoe ze in slecht geïsoleerde barakkenkampen zonder enig comfort werden geplaatst, waar in de winter ijspegels op de dekens kleefden. Mijn ouders en hun lotgenoten hebben nooit erkenning gekregen voor hun offers en er zijn door Nederland nooit excuses gemaakt. Niet door het staatsgezag, ook niet door het koningshuis. Dat doet nog steeds pijn. Helemaal omdat het voor de Molukse gemeenschap te laat is: vrijwel niemand van de eerste generatie is nog in leven.
Op 21 maart 2021 – precies zeventig jaar na aankomst van de eerste Molukse KNIL-militairen en hun gezinnen in Nederland – werd wereldkundig gemaakt dat in Tiel zo’n zestig graven van de veteranen en hun vrouwen een beschermde status kregen. Om dit voor elkaar te krijgen, heb ik veel moeite gedaan. Het is mijn postuum eerbetoon aan mijn ouders en alle anderen van de eerste generatie.
Foto 2
Een steen met het KNIL-logo en een foto van de ouders van Mailoa: Arnezus Mailoa en Frederika Mailoa - Inaboey. Tijdens de bekendmaking van de toekenning van de speciale status van de graven van de eerste generatie Tielse Molukkers heeft een zestal achterkleinkinderen symbolisch een dergelijke steen geplaatst op de graven van hun overgrootouders. Om de gedeelde geschiedenis en de loyaliteit van de Molukse KNIL-veteranen en hun wederhelften naar het gemeentebestuur te benadrukken, maakte Mailoa in zijn correspondenties telkens gebruik van de quote: “Gisteren is nodig om morgen te begrijpen”. Voor Mailoa betekent de toekenning – naast eerbetoon – ook eerherstel en gedeeltelijk rechtsherstel.