In memoriam - Rico Vogel: ‘We laten lokale Molukse boeren eindelijk profiteren van de eigen specerijen’

Ruim 400 jaar geleden dwong de VOC het monopolie af over de specerijenhandel op de Molukken. Anno 2022 profiteren Molukse boeren eindelijk aan de handel in specerijen. Onder andere via Pacific SpiZes. We gingen langs bij één van de oprichters van Pacific SpiZes, Rico Vogel. MOZA stelde wat vragen: over verantwoord ondernemen op de Molukken, het wegsnijden van tussenschakels in het exportproces en kinderen van Molukse boeren die geen heil zien in specerijen verbouwen.

Vertel, waarom zijn jullie gestart met Pacific SpiZes?

‘Dat is al een tijdje gelden. We hoorden de noodkreet van lokale Molukse boeren die helaas nog steeds onder de armoedegrens leven. We zijn op zoek gegaan naar een manier om hen te helpen met een betere toekomst.’

Wat is Pacific SpiZes precies?

‘Via Pacific SpiZes en de coöperatie op Ambon streven we ernaar om de vele lokale boeren die hierbij zijn aangesloten een beter leven te geven. Dit doen wij onder andere door projecten te financieren én de verkoop van de beste specerijen.’

Jullie kopen direct bij de bron. Wat merken de boeren op Maluku daarvan?

‘Uiteraard, we kopen rechtstreeks bij de bron. In de échte spice islands, Maluku. We voelen mee met de boeren op de Molukken en wij kunnen ze op deze manier een beter leven geven. Eerlijke handel mét eerlijke prijzen.’

Waar zijn jullie nog meer actief?

‘Er zijn nog meer regio's waar wij samenwerken met de lokale leveranciers. Zo werken we intensief in Banda Aceh. Daar zijn veel specerijen voorradig.’

Hoe werkt die coöperatie van jullie precies?

‘Pacific SpiZes is nog niet zo lang bezig. Het komt erop neer dat we direct inkopen op de Molukken zonder tussenschakels. Pacific SpiZes werkt samen met een grote coöperatie op de Molukken. Wij exporteren en zijn de enige schakel tussen de coöperatie op de Molukken en de Europese markt. ‘

Waarom is het zo belangrijk om weinig schakels te hebben tussen de boeren en de markt in Europa?

‘Het is heel simpel. Iedere schakel in het productieprijs wil z’n graantje meepikken. Daardoor houden de lokale boeren minder winst over. Met de coöperatie op de Molukken voor deze boeren kunnen we direct inkopen. Je houdt een schappelijke prijs aan voor de markt in Europa voor kwalitatieve specerijen, maar de boeren worden ervoor beloond.’

Hoeveel lokale boeren profiteren daarvan?

‘Het gaat vooral om boeren die nootmuskaat, foelie en kruidnagel verbouwen op hun eigen grond. Inmiddels hebben zich al meer dan 3500 boeren aangesloten bij deze coöperatie.’

Allemaal leuk en wel. Maar hoe stap je zomaar in de specerijenbusiness?

‘Nee, niet zomaar. Zoals ik al eerder zei gaat het mij vooral om de lokale boeren perspectief te bieden. Ik zag dat andere organisaties bezig waren met het helpen van lokale boeren (door middel van machines, red.), maar nog niet met het daadwerkelijke exporteren naar Europa. Samen met een goede vriend, Peter Gruijs, hebben we besloten ervoor te gaan. In de loop der jaren hebben we veel contacten in de specerijenwereld vergaard.’

Nederland heeft een controversiële geschiedenis met specerijen. Merk je daar iets van?

‘Jazeker wel. Hier in Nederland zitten de grote spelers in de specerijenwereld. Als je serieus wilt meedoen in de specerijenbusiness, dan moet je lid worden van de Koninklijke Nederlandse Specerijen Vereniging geweest. Dan ben je automatisch weer aangesloten bij Europese organisaties. Maar zoals ik al zei: we kunnen nu wél lokale Molukse boeren laten profiteren, dat is het allerbelangrijkste.’

Krijg je als Molukker zijnde - weliswaar uit Nederland - daar meer gedaan?

‘Jazeker. Pacific SpiZes behartigt vooral de belangen van de lokale boeren. Pacific SpiZes en de coöperatie betaalt per kilo gewoon meer. Door te zorgen voor betere prijzen dan dat ze het lokaal of aan de Chinezen verkopen. Op die manier helpen we mensen. Dat merken ze. Ze vertrouwen me sneller.’

Spelen er nog grote belangen van Europese bedrijven die ook in het buitenland actief zijn?

‘Deze business is zeer lastig. De reden hiervan is hoofdzakelijk voedselveiligheid, maar ook spelers uit andere landen waaronder China of India die gretig de nootmuskaat willen afnemen. Lokaal heb je weer te maken met de Chinezen die voor een dubbeltje op de eerste rang willen zitten. Ook zij zijn zich ervan bewust dat de Molukse nootmuskaat tot de betere behoort.’

Je steekt hier veel tijd in en ook nog eens naast je baan. Waarom is Pacific SpiZes zo belangrijk voor je?

‘Ik doe het niet alleen. Wij doen het inderdaad beiden naast ons huidige werk. We doen het omdat we hart voor de Molukken hebben. En het is ook nog een fair trade.’

Loop je ook tegen problemen aan bij de boeren?

‘Ja, kinderen van lokale boeren willen steeds vaker studeren en het liefst buiten de Molukken. Die willen zich niet bezighouden met wat hun ouders momenteel doen. Dit heeft ook te maken met het inkomen van zo'n gezin. De meeste kinderen zien er geen brood in. Wij proberen door goede prijzen wel een goed inkomen te verzorgen. Maar dat hebben we niet altijd in de hand.’

Hoe ziet de toekomst eruit van Pacific SpiZes?

‘We willen nóg bekender worden in Europa. We merken allemaal dat de prijzen in de supermarkt stijgen. Mensen wijken uit naar alternatieven, zoals onze webshop. Daardoor profiteren Molukse boeren en hun gezinnen.’

Wil je verder nog iets kwijt?

‘Veel mensen hebben geen flauw benul van waar de producten vandaan komen. Neem duurzame producten af zoals de producten vanuit de spice islands. Want als de Molukse plantages verdwijnen, dan kan je het wel vergeten met de spice islands.’


Over Rico Vogel

Rico Vogel (50 jaar) is geboren in het Gelderse dorpje Opheusden. Daar is hij ook door zijn opa en oma Tentua opgevoed.

Zijn opa Tentua maakte in 1951 de overtocht naar Nederland, net als vele andere KNIL-militairen. De familie Tentua komt uit Galala (Ambon). Door Pacific SpiZes is hij vaker op Ambon. Al lukte dat gedurende de corona-pandemie minder goed.

Bekijk de webshop van Pacific SpiZes hier. Ze verkopen onder andere nootmuskaat en kruidnagel.

Vorige
Vorige

Kenniscentrum immaterieel erfgoed: ‘Papeda is een stukje erfgoed van de Molukkers. Zij zijn de enigen die het kunnen doorgeven’

Volgende
Volgende

Djé-rimo: ‘Er zijn zoveel mooie Molukse initiatieven in het land én er zullen nog veel meer volgen’