De overheid werkt samen met de Indische en Molukse gemeenschap aan de ‘collectieve erkenning’. Hiermee wil de overheid erkenning geven voor wat de gemeenschappen hebben meegemaakt en daarmee laten zien wat de Indische en Molukse gemeenschap betekenen voor Nederland. De erkenning is vooral gericht op wat er is gebeurd tijdens en na de Tweede Wereldoorlog. Sinds 2017 krijgt de collectieve erkenning daadwerkelijk vorm. In 2020 heeft de overheid bekend gemaakt om komende jaren € 20,4 miljoen extra beschikbaar te stellen, omdat het 75 jaar geleden was dat de Tweede Wereldoorlog in Zuidoost-Azië ten einde kwam. Onderdeel daarvan is € 4 miljoen voor Indisch en Moluks immaterieel erfgoed.

Dank en erkenning

De ervaringen van Indische Nederlanders tijdens en na de Tweede Wereldoorlog werken tot de dag van vandaag door in de Nederlandse samenleving. Een deel van de Indische gemeenschap heeft gevoelens van teleurstelling en verdriet over hoe de Nederlandse overheid en samenleving zijn omgegaan met de Indische Nederlanders die naar Nederland kwamen.

De overheid werkt in overleg met de brede Indische gemeenschap aan een collectieve erkenning van de gemeenschap. ‘Hiermee wil de overheid haar dank en erkenning laten zien voor wat de Indische gemeenschap betekent voor Nederland. En erkenning geven voor wat de gemeenschap heeft doorgemaakt,’ aldus het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Sophiahof en CEWIN-regeling

Vanaf 2017 heeft de collectieve erkenning in overleg met de brede Indische gemeenschap vorm en inhoud gekregen. De collectieve erkenning van de Indisch-Molukse gemeenschap kent drie gesubsidieerde pijlers:

• een plek voor Indisch en Moluks Nederland in Museum Sophiahof in Den Haag; voor dit museum is een nieuwe organisatie opgericht genaamd Stichting Beheer Sophiahof

• herdenken; dit wordt uitgevoerd door Stichting Herdenking 15 augustus 1945

• contextgebonden zorg; dit wordt uitgevoerd door Pelita

Subsidiebedrag en maximum bedrag

Naast de bovenstaande pijlers kunnen ook andere initiatieven zich melden voor financiële steun bij de overheid in het kader van de collectieve erkenning. Via de Subsidieregeling Collectieve Erkenning Indisch Moluks Nederland zijn sinds 2017 circa 100 initiatieven financieel ondersteund.

Er is geen duidelijk afbakening welke projecten wel of niet in aanmerking komen voor subsidie. De subsidie bedraagt maximaal € 20.000 per jaar, met een maximum van € 60.000 over een periode van 3 jaren. In 2022 was € 1.000.000 beschikbaar.

Extra gelden

In 2020 heeft de overheid bekend gemaakt om de komende jaren € 20,4 miljoen extra beschikbaar te stellen, omdat het 75 jaar geleden was dat de Tweede Wereldoorlog in Zuidoost-Azië ten einde kwam. Voor de extra middelen is een plan opgesteld om de subsidieprojecten af te bakenen. Van deze extra gelden wordt € vier miljoen gereserveerd voor de versterking van het Indisch en Moluks immaterieel erfgoed in Nederland. Denk bijvoorbeeld aan rituelen en feesten, traditionele ambachten en orale tradities (verhalen, taal en podiumkunsten). Inmiddels is bekend dat het vfonds deze regeling gaat beheren Verder is er nog weinig bekend over deze regeling.

Gebruikte bronnen

www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/tweede-wereldoorlog/collectieve-erkenning-indische-gemeenschap

Subsidieregeling collectieve erkenning van Indisch en Moluks Nederland

Raadpleging voor de inzet van extra middelen voor de Indisch-Molukse gemeenschap door Panteia (2020)

Website Museum Sophiahof